Lilo Lastpak (ik-persoon) is een gewoon meisje met heel bijzondere ouders. Haar moeder is een heks en haar vader een vampier. Ook hebben ze een poes, die denkt dat hij een hond is en die zich heel eenzaam voelt. Daarom vragen ze de pinguïn van tante Katja te logeren als gezelschap. Maar dan begint de ellende! De pinguïn maakt veel kabaal, bij volle maan huilt ze als een weerwolf. Als buurman Fiedel komt klagen over de herrie wordt de pinguïn omgetoverd in een stinkdier. Dat maakt alles alleen maar erger. Ietwat wanordelijk en soms ingewikkeld verhaal, geschreven in de ik-vorm. De tovertrucs zijn wat gezocht. Geïllustreerd met veel tekeningen, die zijn ingekleurd met heldere en vrolijke pasteltinten. Ook de schutbladen zijn geïllustreerd. Duidelijk lettertype. Zelfstandig te lezen tweede boek over Lilo Lastpak, na 'Verboden te toveren!'* (2020). Het verzorgde boekje ziet er aantrekkelijk uit, de inhoud valt wat tegen. Vanaf ca. 8 jaar.